Plensvalley

Vorig jaar raakten tijdens een toertochtje enkele tientallen skaters gewond in de IJ-tunnel. De tunnel bleek namelijk, teneinde onder het water door te kunnen, eerst een stukje naar beneden te gaan en vervolgens weer omhoog te hellen. De hellingshoek bergafwaarts had een dusdanig zwarte-piste-gehalte dat sommige skaters voorin het peloton op de rem gingen staan en een kettingbotsing veroorzaakten. Prompt werd schande gesproken over de misdadigers die het parcours door deze tunnel hadden geleid. Die arme skaters. Bijna niemand durfde aan te voeren dat ze zich toch echt uit zichzelf naar beneden hadden gestort. Dit voorbeeld gebruikte Henk Hofland enige tijd geleden voor de VPRO-televisie om te illustreren dat de hedendaagse mens wordt gekenmerkt door een grote mate van individualiteit (‘dat maak ik zelf wel uit’) maar aan de andere kant een beperkte zelfredzaamheid heeft. De geïndividualiseerde skater schaatst zelf willens en wetens een tunnel in maar is verontwaardigd als hem iets overkomt: ' 'Ze' hadden mij nooit door die tunnel moeten laten skaten’.

De chaotische taferelen rond Dance Valley afgelopen weekend deden me hier weer aan denken. De nachtelijke chaos rond het massale dansevenement was ontstaan door onweersbuien, een weinig flexibele organisatie, wegens agressie en vandalisme afgehaakte buschauffeurs, door aasgieren bestuurde taxi's en de Nederlandse ik-eerst-cultuur (hetgeen zich manifesteerde in een nogal gebrekkige discipline van de massa). Wat je noemt een samenloop van omstandigheden. Een hoofdschuldige is daarbij moeilijk aan te wijzen. De via internet razendsnel georganiseerde 'Dance Valley-gedupeerden' vinden echter unaniem dat de organisatie moet boeten. Er wordt geschreeuwd over moordenaars, processen en smartengeld. De verantwoordelijkheid wordt geheel afgeschoven op 'ze', terwijl de feestgangers toch onraad hadden kunnen ruiken. Als de heenweg al zo'n chaos is dat je drie uur moet lopen, doet dat toch het ergste vrezen voor de terugreis. Het is zeker niet mijn bedoeling de organisatie vrij te pleiten. Juist als het overdag al zo'n puinhoop is, is het toch op z'n minst je eigen verantwoordelijkheid om die organisatie te gaan wantrouwen. De organisatie probeerde overigens nog te anticiperen door de feestgangers aan te sporen bijtijds naar huis te gaan, maar de massa maakte dat zelf wel uit. Bij calamiteiten zou de organisatie, de gemeente, de politie, de brandweer of wie dan ook ('ze'?), vast wel klaarstaan met paraplu's, thee en gevulde koeken.

Ook bij Beachpop was er vorige week sprake van een logistieke chaos, omdat duizenden mensen zich die dag per se op dezelfde strekkende kilometer strand wilden vermaken. De arme N200 kon het allemaal niet verwerken en zakte die nacht flink door. Boze beachparty-animals, die zich 's middags in weerwil van kilometers verkeersinformatie naar Bloemendaal hadden begeven, beklaagden zich bij de betreffende burgemeester. Of hij de kosten van hotels en taxi's even wilde vergoeden. Weer een voorbeeld van de paradoxale kloof tussen maximale zelfbeschikking en minimale zelfverantwoordelijkheid.

De neiging tot claimen doet denken aan de Verenigde Staten. Voornoemde kloof is daar nog veel groter dan hier. De Amerikaan moet het helemaal zelf uitzoeken waar het zijn levensonderhoud betreft, voor de rest, met name zijn veiligheid, is de overheid ('ze') verantwoordelijk. Dit leidt tot de bekende bizarre taferelen zoals de gebruiksaanwijzing van een magnetron die vermeldt dat je je natgeregende kat er niet in mag drogen. De doorweekte festivalgangers die zich zondagochtend bij thuiskomst in hun eigen magnetron hebben gefrituurd zullen dit ongetwijfeld een wenselijke zaak vinden. En misschien hadden de organisatoren van Dance Valley wel op de toegangsbewijzen moeten zetten: 'U wordt aangeraden om regenkleding mee te nemen'. Maar ik denk dat de meeste bezoekers dan toch hadden gezegd: 'Rot toch op. Dat maak ik zelf wel uit'.

terug         home